Samenspel tussen improviserende musici als metafoor voor samenwerking en zelfsturing
De kwaliteit van ieder samenwerkingsproces staat of valt met de kwaliteit van de communicatie, autonomie en motivatie. Het rendement van het groepsproces wordt snel groter als ieders expertise optimaal tot z’n recht komt.
Om bij muzikale improvisatie tot een optimale prestatie te komen, moet er ‘samen-gespeeld’ worden. Dat samen-spelen gaat over het laveren tussen beperking en vrijheid. Naast een paar –noodzakelijke– kaders zijn een aantal zaken essentieel voor een goede performance: ruimte voor een eigen geluid, de noodzaak van elkaar goed kunnen horen, respect en vertrouwen op elkaars expertise, kunnen begeleiden, risico én initiatief nemen.
Het samenspel tussen musici wordt vaak vergeleken met de holistische gedachte dat het product groter is dan de som der delen. Dat komt omdat het snijvlak van de samenwerking samenvalt in hetzelfde moment. Deze ultieme manier van samenwerking kan uitsluitend tot stand komen als de kunst van het luisteren verheven wordt tot een professie.
- Waarom is er in een orkest een dirigent nodig, terwijl het trio prima zonder kan?
- Hoe klinkt het als de muziek gedirigeerd wordt en hoe klinkt het als er aanspraak gemaakt wordt op de afzonderlijke expertise?
- Hoe komt het dat een bassist en een pianist elkaar prima kunnen verstaan , terwijl hun instrumenten zo verschillend zijn?
- Waarom is een “ego-cultuur” zo ontwrichtend voor een succesvolle samenwerking?
Ontdek waarom wij het ideale bedrijf zijn!